StartKomende activiteitenfoto'sGeschiedenisWie zijn we?JaarprogrammaLid worden https://www.facebook.com/kwb.kortrijksintjan?fref=ts

In de kijker

Info kwb

Ledenvoordelen
Meer..
KWB St-Jan vanaf het begin 1946
In de achteruitkijkspiegel van onze werking.
 
Bij de viering van 50 jaar KWB op St.-Jan is het goed eens te grasduinen in het verleden. De KWB is eigenlijk een ongewild geschenk van de Duitse bezetting uit de tweede wereldoorlog. Waar men sprak van militante vakbonden was het volgens de Duitsers een gevaar voor de samenleving, maar als ze het hadden over “het studiewerk van de unie voor hand- en geestesarbeiders” dan hadden ze er wel oog en oor naar.De bijeenkomsten van de leden van deze unie, die officieel over cultuur en gezinsproblemen vergaderde, werden oogluikend toegelaten. Toen vastgesteld werd dat de leden van de unie in veel gevallen oud-kajotters waren verbood men de bijeenkomsten en verdween de gehele zaak in de clandestiniteit. Het werd een ondergrondse werking die zich afspeelde in de kelders van “De Gilde” of in afgesloten ruimten van kerken en kapellen. In 1941 was E.H. Camiel Denys als onderpastoor aangekomen op de St.-Jansparochie. Deze sociaal bewogen priester, die de leden van de unie had leren kennen en hen goedgezind was, was er bij de bevrijding als de kippen bij om de leden die op St.-Jan woonden op te zoeken en samen te brengen. Hun eerste lokaal was de achterkeuken van de onderpastorie van de Veldstraat. Ze hielden er maandelijks gespreksavonden die steevast eindigden in kaartspel aan de keukentafel van de onderpastoor. Voorzichtig begonnen ze leden te werven bij vrienden en buren en tegen 1 december 1946 werd officieel gestart met de KWB werking.

Fons Demeester werd de eerste voorzitter terwijl Maurice Vanderstede zich ontfermde over de eerste centjes en samen met de mensen van KAJ kon St. Niklaas weer op huisbezoek. Ondertussen was ook de werking van KAV, KAJ en VKAJ weer van de grond gekomen. Het duurde dan ook niet lang eer de eerste problemen zich aandienden. Waar zou een voldoende ruim lokaal te vinden zijn voor al dat bewegingsleven. Het werd de kelder onder de sacristie. De groep leden groeide aan en die ruimte werd te klein. De studiekringen moesten gegeven worden in de sacristie van de priesters ( nu de bidkapel). De maandelijkse kaartingen kenden zo’n succes dat men zich gelukkig achtte te kunnen beschikken over een lokaal op de bovenverdieping van de wasserij “ de Regenboog” aan de Th. Sevenslaan. De kaartersgroep bleef aangroeien zodat ook dit lokaal te klein werd. Geen nood. Onderpastoor Denys trok op pad en belandde bij de zusters van de St.-Jansschool aan de Stasegemsestraat. Na een gesprek met Moeder Overste kon men beschikken over het dagverblijf van de zusters voor de wijkmeestervergaderingen en over de feestzaal voor de ledenvergaderingen en de kaartavonden. In 1950 trok Fons Demeester beroepshalve naar Marke en moest dus het voorzitterschap neer leggen.

Raf Vandoorne werd de tweede kapitein op het KWB-schip. Hij was de specialist van het persoonlijk contact. Ieder lid kreeg huisbezoek. Mijnheer Denys trok in 1952 als bestuurder naar de “Gilde” en E.H.Pringiers nam het proostschap over. Ondertussen groeide het ledenaantal van de sociale bewegingen gestaag aan en werd de noodzaak van een eigen onderkomen noodzakelijk. De idee “St.-Janshuis” begon te groeien. In 1952 werd de eerste fancyfair gehouden in de school van de Paters Passionisten. Met de komst van Pastoor Dejonghe en de jonge onderpastoor Germain Dupont kwam alles in een stroomversnelling terecht. Het project “St.-Janshuis” kreeg vaste vorm terwijl de parochie in omvang groeide met het bouwen van de sociale woningen op de wijk “Nieuw Kortrijk”. Er kwamen jonge gezinnen op de parochie wonen en weer steeg het aantal leden. Men had alle aandacht voor de arbeiderssituatie, de taak van de man in het gezin, de werklozen, de zieken enz.

Er werd werk gemaakt van de volksontwikkeling en daarvan was de groeiende bibliotheek in de sacristie van de misdienaars een teken. Mensen leerden sparen bij de spaardienst, de KWB-ziekendienst kreeg vaste vorm, de bibliotheek verhuisde naar het St.-Janshuis en het aantal uitleningen nam toe. De werklozendienst werd regelmatig aangesproken. De Reynaertdienst floreerde en zorgde voor menige huisbibliotheek terwijl jaarlijks een zitdag werd gehouden voor het invullen van belastingsaangiften voor loon- en weddetrekkers.

Onder de stuwende kracht van voorzitter Raf Vandoorne groeiden ook de vriendenbanden. Velen ontmoetten elkaar regelmatig aan de kaarttafel of biljart. Onderpastoor Dupont kreeg andere opdrachten en E.H.Omer Tanghe maakte zijn opwachting. Raf kreeg hoe langer hoe meer verantwoordelijkheden op de parochie. Na Raf Vandoorne komt de voorzittersstoel aan Roger Vanhalst. Met al dat komen en gaan was de grote zorg van de voorzitter en proost het op peil houden van het aantal wijkmeesters. Ontelbaar zijn het aantal huisbezoeken die daarvoor werden afgelegd. Ondertussen was André Neirynck voorzitter geworden. Onder impuls van proost Tanghe en voorzitter Neirynck was er de bestendige zorg voor zieken, het mee verzorgen van kerkdiensten, maar bovenal de aandacht voor de vriendschap bij de wijkmeesters en de verantwoordelijken. Zo slaagde men erin een 32 koppige wijkmeesterploeg op de been te brengen die op haar beurt zorgen dat het ledenaantal de kaap van de 200 kon halen. De programma‘s waren niet enkel meer discutieavonden maar ook spel en sport kwamen aan bod. Na 16 jaar hield André Neirynck de zaak voor bekeken en kwam de jonge garde aanrukken. Met Freddy Vandevenne kwam de jongste spruit van de bestuursploeg aan het roer. Ondertussen was E.H. Omer Tanghe naar continenten getrokken en volgde E.H. Maurits Decock hem op. Stilaan kwam er verjonging in de wijkmeesterploeg en dit vertaalde zich ook in de programma’s van de KWB. Naast de vaste waarden bezinning en voordrachten doken kooklessen voor mannen op en zag “De lof der zotheid” een halfvastenfeest het levenslicht , terwijl sport en spel aan de orde bleven. Boekenbeurzen, toneelspel en zang zorgden voor een intens werken met mensen voor mensen. Uit die tijd onthouden wij het ontstaan van “ ‘t koortje KAV - KWB “ dat nu nog regelmatig te horen is bij verschillende gelegenheden. Ondertussen was E.H. Decock naar Roeselare St.-Amandsparochie en deed pater Maurice Maes zijn intrede bij de KWB. Na een paar jaar trok hij weer naar zijn missiepost in Rwanda en gezien pastoor Deleye het wat rustiger aan wou doen en naar Zevekote trok meldde zich een nieuw priestersduo aan. E.H. Declercq en E.H. Jos Verstraete kwamen erbij. Paul Lietaer nam het voorzitterschap over.

Het werd een tijd van zorgend voortdoen, van zoeken en vinden. Het werd moeilijk maar men deed voort. De inhoud van de programma’s werden meer en meer maatschappelijk gericht. De fietsdagen doken op en de wijkmeestersreis werd een ledenreis. Met voorzitter J.M. Goussaert kwamen ook de volle crisisjaren (80) eraan. Het werd van langs om moeilijker om nieuwe leden te overtuigen mee te doen. Structurele hervormingen in de KWB maakten het niet gemakkelijker en het ledenaantal was aan het slinken. Met Vlaamse koppigheid werd voortgedaan.

Nieuwe verantwoordelijken nemen het KWB-werk ter harte en nieuwe initiatieven worden boven de doopfont gehouden. De “Jukebox party” , het Sinterklaasfeest en de stratenloop zijn enkele voorbeelden. Na 50 jaar werken ligt de KWB in handen van voorzitter Freddy De Vos en jongere bestuursleden melden zich aan. We wensen hen het allerbeste toe voor de toekomst zodat ook zij op een overtuigende wijze en met succes een stuk KWB geschiedenis kunnen schrijven, ten voordeel van hun ledengroep, St.-Jan en allen die er wonen.