StartJaarprogrammaKomende activiteitenTerugblikWie zijn we?Foto's activiteitenLid wordenLinksIn de kijker

In de kijker

Willy gaat met 5 halve kippen aan de haal
Meer..
Spetterend najaarsweekend in Nieuwpoort
Meer..

Info kwb

Ledenvoordelen
Meer..
KWB–Weekend : 29 september – 1 oktober 2017
Dre Vennekens schetst zijn beleveenissen tijdens het vorige KWB Weekend

Deze keer trokken wij met onze KWB voor de afwisseling eens over de grens, naar Valkenburg. Het is een mooi stadje, gelegen in het zuiden van Nederlands Limburg waar je, behalve een hoop bezienswaardigheden, ook nog regelmatig een Hollander aantreft.

Oorspronkelijk heette het stadje gewoon “Burg”, maar er mankeerde iets aan die naam, dat merk je zo.  Om die reden werd er gezocht naar een valk, deze werd op een burcht gezet, en zo is de naam “Valkenburg” ontstaan, wat een stuk beter klonk.  Zoiets vind je niet op internet want je vindt daar ook niet alles op.  Je kan dat beter horen uit betrouwbare bron om op die manier toch nog eens dingen te weten te komen die niet algemeen bekend zijn.  Ja, je leert altijd weer iets bij met de KWB.

We vertrokken op vrijdag voormiddag, en na een uurtje rijden waren we daar.  Mijn GPS deed het goed want het madammeke dat daar in stak (ze heet Klaasje) vertrok naar haar vaderland en ze wees me onfeilbaar de weg. 

Daar aangekomen vonden we natuurlijk de meeste van onze KWB-ers weer op het terras, met een pint.  Soms was die pint redelijk groot, soms was ze ook vrij klein, maar ze was er wel.  Iemand schijnt ooit eens gezegd te hebben : “Traditie mot er sijn”, en die wordt dan ook in ere gehouden.     

Na een lekker Hollands biertje (= Duvel) meegedronken te hebben zijn we meteen het stadje ingetrokken om een restaurant te zoeken, want behalve dorst, krijgt een mens ook al eens honger.    En toen dat verholpen was, was het tijd voor sightseeing natuurlijk.   En het mag gezegd worden : Valkenburg is echt mooi, heel toeristisch, maar tof en gezellig om in rond te lopen.  We zagen die dag enkel de bovengrond : het kasteel, de Wilhelminatoren, de Cauberg, nogal wat inboorlingen, maar ook een hoop winkels waar je tal van snuisterijen op de kop kon tikken.  En wat is er nu plezanter dan te neuzen tussen al die prullen, waar je niks van nodig hebt maar toch iets van koopt.  En dat wordt nog plezanter wanneer je, als enige vent, op stap bent met 4 dames die een overmatige interesse vertonen in schoenen, broeken, rokken, bloezen en andere onnodige spullen.

Na een hele tijd gedwaald te hebben door de straatjes zijn we terug richting hotel vertrokken waar we incheckten en waar we meteen ons eerste avondmaal konden testen enne...  Hotel Schaepkens van St. Fijt is echt de moeite.  Je kan eventueel discussiëren over de kwaliteit en de prijs van de drank, maar niet over het eten.  Degenen die er de vorige keer bij waren wisten dat al, ik wist het nog niet.  Keuze in overvloed, alles even lekker, en als je nog eens wilde aanschuiven voor het buffet was dat geen enkel probleem, wat iedereen dus ook wel enkele keren gedaan heeft, zelfs ik ben wel eens een keertje terug geweest.  

En hierna was het tijd om te zetten natuurlijk.  We hadden niet één, niet twee, maar zelfs drie tafels.  Deze keer werden de dames (die ons tijdens het vorige KWB-weekend in de vernieling gespeeld hadden) vakkundig afgedroogd.  Dat was niet schoon van ons, maar het was toch plezant.

In omgekeerde volgorde was de einduitslag als volgt : ik kreeg brons, voor Jos was het zilver bestemd, en Louis ging met het goud lopen, bij wijze van spreken natuurlijk want zo hard loopt Louis ook niet meer.  Maar dat vond ik dan weer niet schoon van hem, want normaal wint hij alleen maar bij het “tepke schieten”, nooit bij het kaarten.  Maar er werd deze keer niet met de tep geschoten, en dus ... voor de afwisseling.... Nee, schoon was het zeker niet, maar wat doe je eraan ?

En zo zat, voor we het wisten, de dag er weeral op en konden we in alle stilte  (???) gaan maffen...

De zaterdag was dan de ondergronddag.  Die begon echter wel aan de bovenkant, en daar was het redelijk vochtig, en naarmate de dag vorderde werd het altijd maar vochtiger en vochtiger.  Blijkbaar regent het niet alleen aan zee, ook in het binnenland gebeurt dat al eens.

Na het ontbijt (weer een paar keer terug geweest) gingen we naar de Steenkoolmijnen, ttz een oude mergelgrot die men omgebouwd had tot steenkoolmijn.  Maar het was allemaal prachtig opgezet, en je kon je precies voorstellen hoe ze in die tijd hun boterham moesten verdienen.  Respect voor die mensen !!!

Er stonden twee gidsen tot onze beschikking (voor ons + nog een andere groepje van voornamelijk... inderdaad) en wij werden er vakkundig rond gegidst door Wim, een ex-mijnwerker geboren en getogen in de streek.  De andere gids, was volgens mij van meer noordelijke afkomst, en was pas op latere leeftijd afgezakt naar het zuiden van het land.

Hoe je dat ziet ?  Het klopt niet altijd, maar dikwijls is bij de noorderlingen de mond wat groter, en zijn de handen weer wat kleiner dan bij de zuiderlingen.  Het is gewoon een natuurlijke evolutie : wat het meest gebruikt wordt groeit het hardst.  En Wiskunde is ook niet hun sterkste kant.  Een eerlijke verdeling van 60 te gidsen personen lijkt hen een verhouding te zijn van 50 voor de ander, en 10 voor zichzelf.  Och, de man heeft zeker de Moerdijk niet zelf gebouwd, maar ik denk toch wel dat hij daar destijds een belangrijk opzichter geweest is.

Maar geen probleem.  Wij waren met Wim en Wim deed het prima, alhoewel hij verstaanbaar moest blijven voor zijn 50  volgelingen.  Het werd een heel toffe rondleiding waarbij hij de nodige anekdotes aanhaalde om het interessant te houden voor iedereen en, ook - met de hulp van de nodige licht- en geluidseffecten – kon hij ons perfect laten aanvoelen hoe het werk daar moet verlopen zijn. 

Daarna trokken we naar het “Mergelrijk”, een grot waar men in de wanden een aantal beeldhouwwerken en schilderingen aangebracht had.  Ja, wat kan je ervan zeggen.  Er waren echte kunstwerken bij.  Prachtig gedaan.  En we konden er zelfs ook nog een echte nagemaakte champignonplantage vinden.  Hier scheen vroeger trouwens ook de bodem van een zee geweest te zijn waar men zelfs nog het gebeente gevonden heeft van een aantal mona-li... ???, mega-min...???...    grote beesten.

Verder waren er nog een heleboel andere bezienswaardigheden waar we niet geraakt zijn.  Zo hebben we vb. nog het casino (wegens te weinig kapitaalkrachtig), een pretpark (wegens te veel schrik), een kabelbaan (ook wegens te veel schrik) en een sprookjesbos (wegens maximum leeftijd overschreden) over geslagen.  Och je kan niet alles hebben.

Er moest ook nog een soort van kinderboerderij in de buurt zijn want onze voorzitter had het gedurig over een stel konijnen die hij ergens tegen de draad had zien staan.  En ze stonden te drummen om erdoor te geraken zei hij.  Wij hebben die beesten nergens gezien.  En ook geen draad.  Waar stond die dan ?  We hebben het hem gevraagd, maar hij wist het allemaal ineens niet zo goed meer.  Ik vind het eigenlijk wel een beetje raar, normaal herinnert Jos zich nog perfect waar hij precies geweest is, ook nog na lange tijd.  En zolang was dit toch allemaal nog niet geleden ?  

Maar ik heb er niet te lang bij stil gestaan, temeer omdat het buffet weer klaar stond voor het avondmaal en ik me dus op andere dingen moest concentreren.    En wat was het toch weer lekker. En ik die dacht dat je in Nederland alleen maar ballen gehakt en sobere maaltijden kon krijgen.  Of met wat geluk ook al eens een vleeskroket of zure haring met pindakaas.  Wat heb ik me vergist.

Na ons nagerecht werden de sociale activiteiten natuurlijk weer hervat.  Dwz : een beetje praten, een beetje drinken, en een beetje zetten.  Er waren er ook die de drie combineerden.  Nu kregen we wel maar 2 zetterstafels samen, maar om dat te compenseren hebben we maar een paar bomen extra geplant.

En zo kwam de zondag, en het ontbijt, en wat hoor je dan vertellen na het ontbijt ?  Dat er ook flessen champagne stonden (waarschijnlijk was het cava, maar da’s een detail). 

En dat zeggen ze dan tegen mij NA het ontbijt van zondag in plaats van dat te zeggen VOOR het ontbijt van zaterdag.  Ik had dus niet alleen de konijnen, maar zelfs ook de flessen cava gemist.  OK, zoals gezegd, je kan niet alles hebben in het leven, maar zo’n fleske cava is toch niet te versmaden. 

Dat moet je dan hebben van je vrienden.  Zitten zij zich te goed te doen aan bakken cava, terwijl ze weten dat hun medemens soms ook wel eens een enkel glaasje lust.  Het is echt erg...

In de loop van de voormiddag deed iedereen zo’n beetje zijn eigen ding.  Sommigen gingen nog eens het stadje verkennen, anderen trokken naar het 3-landen punt, nog anderen gingen nog elders naartoe, maar wij zijn naar het kasteel van Hoensbroek gereden.

Het is een prachtig gebouw en het is een bezoek overwaard.  Praktisch het ganse kasteel kan je bezichtigen.  Je moet dan soms wel eens een beetje klimmen en je door enkele nauwe gangetjes wringen (niet zo gemakkelijk na de maaltijden van die 2 dagen) maar mits wat trekken en duwen van je tochtgenoten lukt dat wel, en het loont zeker de moeite om daar eens gaan te kijken. 

En daarna, ja, toen was het weer tijd om naar huis te rijden zeker ?  Klaasje vond het maar niks om terug naar België te gaan, want ze bleef me steevast de verkeerde richting opsturen. 

Nadat we dan na een tijdje op hetzelfde punt belandden heb ik haar en de GPS maar de mond gesnoerd, en heb ik mijn GSP (= Geplooid Straten Plan) boven gehaald zodat we verder richting Kwaadmechelen konden rijden zonder al te veel omwegen.

En als besluit : Bedankt aan onze voorzitter voor de prima organisatie en bedankt aan allen voor de heel toffe en vriendschappelijke sfeer die er weer geweest is. 

En tot de volgende keer natuurlijk !

Dree